De 9,5 hectare aan wijngaarden van champagnehuis Janisson-Baradon liggen voornamelijk op de hellingen ten westen van Epernay. Hier komen de wijngaarden van de Montagne de Reims, de Vallée de la Marne en de Côte des Blancs tezamen. Alle drie de druiven variëteiten zijn dan ook aangeplant bij Janisson-Baradon: Ongeveer 50% Pinot Noir, 35% Chardonnay en een beetje Meunier (15%). De kleilaag bij Epernay is nog vrij dik (dikker dan in Avize bijvoorbeeld) en dus ook geschikt voor Meunier. Meunier uit Epernay wordt vaak een beetje onderschat volgens Cyrill Janisson.
Sinds een aantal jaren hebben ze een perceel waar ook de overige 4 wettelijk toegestane druivensoorten worden verbouwd: Petit Meslier, Arbane, Pinot Gris en Pinot Blanc. Doordat het terroir hier rijk is aan klei, levert het volle, ronde champagnes op.
In 1922 richtten Georges Baradon en zijn schoonzoon Maurice Janisson het champagnehuis Janisson-Baradon op en begonnen met het produceren en verkopen van hun eigen champagnes. Vandaag wordt het geleid door de inmiddels 5e generatie: Cyril en Maxence Janisson. Al sinds 1999 wordt er bij Janisson-Baradon geen gebruik meer gemaakt van onkruidverdelgers en pesticiden, en is alles gericht op duurzame wijnbouw en het beschermen van de biologische samenstelling van de bodem.
Ze zijn sinds een paar jaar HVE (Haute Valeur Environnementale) gecertificeerd, waarbij er behalve nadruk op gezonde, ecologische milieuvriendelijke methoden, ook aandacht is voor biodiversiteit binnen de monocultuur die de wijnbouw is.
De wijnen worden grotendeels in roestvrijstalen vaten gefermenteerd, maar in toenemende mate ook in betonnen ei-vormige vaten. Het beton is enigszins poreus, net als bij eikenhouten vaten, en de ei-vorm zorgt voor een constante circulatie tijdens de fermentatie, wat meer complexe aroma’s geeft. De vins de réserve ouderen in eikenhouten vaten, wat zorgt voor de Malo (malolactische vergisting) en de cuvées elegantie en een romige souplesse geeft.
Men produceert ongeveer 85.000 flessen.